Willem de Vlam
Toneel om naar uit te kijken
  • De tent werd overspoeld door doodnormale zaterdagavondstappers die bij ons helemaal naar de klote gingen.
    RoXY  in:  ‘Blind’
  • Kijk! Staat er hier niet verdomd soepele, jonge vrouw voor je neus? En draagt die soms niet jouw kind? Dit is geluk John, dit is geluk! Ik ben geluk dat voor je staat! En jij bent een aap!
    Wieke  in:  ‘Kanonnenvlees’
  • Ja, ik mis jou ook liefje. Maar het is toch ook leuk bij mamma thuis? O? Maar wat zei mamma dan over pappa? O. Jaja.
    Roel  in:  ‘Hond’
  • Godver ik sta helemaal stijf van de adrelanine. Moet je ruiken. Ik stink helemaal van de stress. Ruik je dat? O, wat heb ik hier een hekel aan. Dit vind ik altijd een heel erg onplezierige emotie om in te zitten.
    Evert  in:  ‘Hond’
  • Wij zijn de ganzen die kwaad snateren en klapwieken als de barbaren voor de poort staan. Wij zijn ook de eersten wiens nek wordt omgedraaid als de hordes binnen de muren komen
    John  in:  ‘Kanonnenvlees’
  • Mo verdween naar verre vreemde plaatsen, waar dingen als kleren ontzettend belangrijk waren. Ons leven viel helemaal stil. We waren net twee waterskiërs die achter een speedboot hingen, maar de kabel brak. We zwommen weer naar de wal. Het terrein van de gewone mensen. Waar we horen. Hè, Ger?
    Ticho  in:  ‘Overwinteren’
  • Het gaat er niet om of ik trouw ben aan mezelf. Alsof er een zelf is die ik op een of andere manier in de steek kan laten.
    Wieke  in:  ‘Kanonnenvlees’
  • En trouwens, mijn moeder was misschien makkelijk maar niet te koop.
    Evert  in:  ‘Hond’
  • Je zag mensen in de gaten krijgen wat er veranderd was Hoe belangrijk informatietechnologie geworden was We wisten niet dat ze er vooral bang van zouden worden
    Iris  in:  ‘Blind’
  • Ik zie twee mannen, twee gezichten die niet met hun ogen knipperen. En opeens realiseer ik me dat dat alleen maar zo lijkt omdat zij op exact hetzelfde moment als ik met hun ogen knipperen.
    Rood  in:  ‘Drie’
cross